Welk ongedierte kan ik op de olifantspoot vinden?
Zolang de voet van je olifant op een geschikte staat Plaats goed verzorgd, u hoeft zich geen zorgen te maken over ongedierte. Kick af en toe Spintmijten of schaalinsecten, trips of wolluizen kunnen af en toe voorkomen. Let vooral bij het kopen op eventuele plagen, want je weet niet hoe de olifantenpoot is verzorgd en of de standplaats optimaal was.
lees ook
- Welke plagen komen voor in Frangipani?
- Ongedierte komt zelden voor op de Areca-palm
- Is de olifantenpoot nog te redden?
Een besmetting met wolluizen je kunt het heel betrouwbaar herkennen aan het web, dat doet denken aan kleine wattenbolletjes. Spintmijten openbaren zich door hun fijne web aan de bladrand of in de bladoksels. Tripsen zijn te zien als kleine donkere vlekjes.
Mogelijk ongedierte in de olifantenpoot:
- Spintmijten
- Shidlice
- Wolluizen of wolluizen
- trips
Wat kan ik doen tegen ongedierte?
Als je olifantenpoot maar lichtjes besmet is door ongedierte, probeer hem dan af te spoelen. Een relatief krachtige waterstraal verdrijft de onaangename wezens. Zodat
aarde ook de wortels worden niet te nat, pak de pot in een plastic zak voordat je de olifantenpoot besproeit met water op kamertemperatuur.Als de besmetting ernstiger is, is zuiver water mogelijk niet meer voldoende. Hier kunt u een beetje afwasmiddel of zeep aan het water toevoegen. Daarnaast biedt de handel enkele chemische middelen tegen ongedierte aan, zoals speciale sierplantenspuiten of gecombineerde Meststof stick,(€ 9,82 bij Amazon *) die ook een anti-pestmiddel bevatten.
Om ervoor te zorgen dat er in de toekomst geen ongedierte meer ontstaat, moet de plaag eerst effectief worden bestreden. Om dit te doen, kunt u individuele geïnfecteerde planten isoleren, zodat aangrenzende planten niet kunnen worden geïnfecteerd. Na succesvolle bestrijding de luchtvochtigheid zo hoog houden dat de verschillende plagen zich daar niet meer prettig voelen. Sommigen van hen geven de voorkeur aan droge lucht.
Tips
Sommige plagen zoals spint of schildluis komen vooral voor in droge (verwarmende) lucht. Een toename van de luchtvochtigheid verdrijft het ongedierte en beschermt tegen hernieuwde besmetting.