Beroemde meeldauw detecteren
Roetmeeldauw is een schimmelziekte die duidelijk zichtbare sporen achterlaat op de geïnfecteerde plant. Een zwarte, afwasbare coating bedekt steeds grotere delen van hun bladeren. Het is een fijn netwerk van paddenstoelen. Roetzwarte meeldauw heeft geen voorkeur voor een bepaalde plant omdat hij zich er niet mee voedt. In plaats daarvan nestelen ze zich op de honingdauw die sommige plagen als uitwerpselen op de bladeren achterlaten.
lees ook
- Bestrijd ziekten en plagen van de henneppalm
- Herkennen en bestrijden van plagen op magnolia's
- Plagen op de gewone loquat - hoe luizen te bestrijden
Identificeer de plaag
Roetdooisymptomen wijzen ook op een plaagplaag. Deze plagen moeten snel worden bestreden, zodat de geïnfecteerde plant geen grote schade oploopt of zelfs sterft. Met hun bestrijding worden de roetdooizwammen tegelijkertijd van hun levensonderhoud beroofd. Meestal komen deze soorten ongedierte in het geding:
- bladluizen
- Schaal insecten
- wolluis
- wolluizen
- wittevlieg
Tips
Onregelmatige, zwarte vlekken op de bladeren duiden op een ander type roet: sterroet. Het is niet gerelateerd aan een plaagplaag, maar komt voor bij vochtig weer. Meestal op planten die buiten in de open lucht staan.
Vecht tegen ongedierte
De geïdentificeerde plaag moet zo snel mogelijk worden bestreden, zodat de ziekte niet verergert of zich ontwikkelt. andere planten worden geïnfecteerd. De bestrijdingsmaatregelen zijn afhankelijk van het soort plaag. In ieder geval moeten de volgende punten in acht worden genomen:
- Isoleer de zieke plant van gezonde planten
- Snijd zwaar aangetaste en beschadigde delen van de plant af
- gebruik hiervoor alleen een scherpe, gedesinfecteerde schaar
- Vermijd insecticiden waar mogelijk
- gebruik in plaats daarvan natuurlijke huismiddeltjes
- z. B. Spuit ongedierte weg met een waterstraal
- spray met zeepsop
Verwijder het roet
Het roet zelf hoeft niet direct bestreden te worden, de schimmel sterft namelijk af zodra er geen honingdauw beschikbaar is. De zwarte coating moet nog steeds met een doekje van de bladeren worden verwijderd. Aan de ene kant berooft het de plant van zijn schoonheid, aan de andere kant verhindert het dat het licht in de bedekte gebieden wordt geabsorbeerd en daarmee de noodzakelijke fotosynthese. Wanneer u de bekleding afveegt, komt het gebrek aan chlorofyl naar voren in de vorm van lichtere bladvlekken.