De sjalot is een variant van de keukenui en makkelijk te kweken in de eigen tuin. We laten u alles zien wat u moet weten over oogsten en bewaren.
Sjalotten oogsten: gewoon trekken
Zodat de uien van de sjalot (Allium cepa var. aggregatum) de weg naar de keuken vinden, moeten ze uit de grond. Negentig tot 120 dagen nadat de kleine sjalottenbollen in het voorjaar in de grond zijn gezet, kunnen ze vanaf augustus weer worden uitgetrokken. Wanneer precies het oogstmoment komt, hangt af van het ras en het weer. Wanneer de oogst kan beginnen is te herkennen aan het verwelken van de bladeren. De uien kunnen dan gemakkelijk en zonder veel moeite uit de aarde worden getrokken. De kleine ui die in het voorjaar werd geplant, groeide toen flink. Daarnaast kunnen er zo'n vijf tot zeven kleine dochterbollen ontstaan, die het komende jaar weer uitgeplant kunnen worden.
Hier is een duidelijk voordeel van de sjalot ten opzichte van de nauw verwante keukenui (
Allium cepa): Terwijl bij de laatste de ontwikkeling van de dochterbollen wordt getriggerd door de bloei, kan de sjalot de kleine nakomelingen ontwikkelen zonder te bloeien. Dat is erg handig, want in ons gematigde klimaat bloeit de sjalot uit Centraal-Azië meestal niet. Een droge dag is ideaal om te oogsten - hierdoor zijn de uien makkelijker te bewaren.Sjalotten bewaren: droog en gevlochten
Na de oogst worden de sjalotten enkele dagen uitgespreid en gedroogd. De bladeren moeten aan de ui blijven of tot maximaal vijf centimeter boven de ui worden afgesneden. Dit kan het risico op uienrot verminderen. De oogst dient dan bewaard te worden op een koele plaats van 10 tot 15°C met goede ventilatie. Dankzij de opgedroogde bladeren kunnen de sjalotten worden gevlochten tot een decoratieve vlecht of gewoon tot bosjes. Hierdoor zijn de sjalotten in veel gerechten in de keuken enkele maanden te eten.
Meer informatie over de Sjalot is te vinden in ons speciale artikel - teelt, variëteiten en oogst van sjalotten.
